Infra­structuur moet je monitoren… of niet?

Infrastructure MonitoringVraag iemand eens hoe staat het met de infrastructuur, en je krijgt verschillende antwoorden. Niet alleen over de status, maar vooral ook over de infrastructuur. De één heeft het over servers, netwerken en routers, terwijl een ander misschien het netwerk van wegen en vaarroutes bedoelt. Wie je iets vraagt bepaalt voor de ander vaak wát je vraagt. Dat is interessant, want het dwingt je na te denken over wie én wat in plaats van alleen wie óf wat.

Het netwerk van wegen en vaarroutes is in Nederland zeer dicht. Het wordt veel gebruikt en de druk op het netwerk is dus enorm. Druk betekent hier letterlijk druk, dus het aantal kilo’s dat er overheen rijdt of het aantal ton aan waterverplaatsing dat er vaart. Die druk doet wat met het netwerk. Je hebt vast wel eens voor een bruggetje gestaan met het bord ‘niet geschikt voor meer dat 5T’. Nu is vrijwel geen enkele personenauto meer dan 5 ton, maar een bestelbusje of kleine vrachtwagen zou dat wel kunnen zijn. Stort de brug dan in? Niet direct. Die 5T zegt iets over de sterkte van het ontwerp. Als er eens 6 ton overheen rijdt, zal er waarschijnlijk niet zo veel gebeuren. Echter, die extra druk zorgt wel voor snellere slijtage. Drukte, de mate van gebruik, zegt iets over of we wel of niet eerder onderhoud zouden moeten plegen. Ons netwerk is inmiddels zo dicht dat er tegenwoordig meer nadruk wordt gelegd op onderhoud dan op nieuwbouw. Weten hoe en hoe vaak iets wordt gebruikt is dan een belangrijk gegeven.

Het zal je niet verbazen dat de controlekamer van bijvoorbeeld Noord-Nederland volgebouwd is met grote schermen die continu gegevens tonen. Die gegevens moeten ergens door worden vastgelegd. Er wordt dus flink gemonitord.

Je komt het overal tegen. Slimme koppen bij schoonmaakgigant CSU meten bijvoorbeeld hoe vaak een toilet wordt gebruikt. Dat zegt namelijk iets over de mate van onderhoud die nodig is. Maak je grondig schoon na tien keer gebruik of standaard elk uur? De mate van gebruik wordt gekoppeld aan de frequentie van schoonmaken. Effectief schoonmaken werkt beter, bespaart kosten en is uiteindelijk beter voor mens en milieu.

Meten is weten

Een oud spreekwoord, maar daarom niet minder waar en zeker niet minder actueel. Een bedrijf als NASA had dat al heel snel door. Die meten werkelijk van alles. Ed White was de eerste astronaut die uit zijn ruimteschip Gemini 4 stapte en in de ruimte rond zweefde. Dat was in 1965, mijn geboortejaar. 51 jaar geleden!

De medische toestand van een astronaut voor, tijdens en na ruimtevluchten wordt uitvoerig gemeten en vergeleken. Maar ook vluchtgegevens, zoals route, de stand van de zon, maan en aarde gecombineerd met de mate van zonnewind, et cetera, et cetera. Noem het en zij monitoren het. Op deze wijze ontstaat kennis die weer omgezet kan worden in kunde en wordt toegepast in nieuwe situaties. De mix van continue en soms real-time monitoring, gemixt met grote hoeveelheden historische data, zorgt voor vooruitgang en wellicht een ‘competitive edge’, een competitief voordeel.

Sommige van ons maken zich nu nog druk om het monitoren van een servertje. Toch is dat een goede zaak. Al die techniek moet natuurlijk wel blijven werken. Het zou een beetje lullig zijn als al die belangrijke data niet meer correct wordt opgeslagen, omdat opslagmediums of storage-pools vollopen of niet correct werken. Stel je voor dat een router verkeerd routeert of een switch van een paar duizend euro niet goed functioneert, waardoor vluchtdata van een 300 miljoen euro kostend project achteraf ontbreekt. Leg dat maar eens uit.

Conclusie?

Monitoring is belangrijk. Of het nou gaat om het proces, applicaties of infrastructuur, de data van dat alles is uiteindelijk waar het om draait en dat is belangrijk. Dús infrastructuur monitoring ook.

Moraal van dit verhaal?

Bedenk niet alleen wát je vraagt, maar ook wie je iets vraagt. Soms wil je eerst praten over het algemene concept van monitoring. Een partij die een enkele specialistische oplossing biedt is op dat moment misschien niet de juiste partij, terwijl die dat later in jouw proces van informatieverzamelen wel kan zijn. Benader monitoring eens als een holistische poel van mogelijkheden en verruim je blik, je kennis en uiteindelijk je kunde. Monitor ze!

Bronnen: